Dat Rudolf Wanzl een ondernemer met vooruitziende blik was, had hij door de jaren heen op indrukwekkende wijze bewezen. Zijn motto luidde: “Alles wat verdiend wordt, investeren wij in grond, steen en aarde.” Naar aanleiding van dit motto werd drie maanden voor de val van de muur, in juli 1989, de eerste spade in de grond gestoken voor de bouw van fabriek 4, een groot project van enorme proporties. Het geluk was Rudolf Wanzl gunstig gezind: in oktober 1990 werd op hetzelfde moment als de Duitse hereniging de fabriek met een nieuwe verzendafdeling en uitgebreide productieruimtes geopend. Veel tijd om dit te vieren was er echter niet, want de vraag naar winkelwagens en winkelinrichtingselementen in de nieuwe bondsstaten was enorm. Supermarkten schoten als paddenstoelen uit de grond, in het begin vaak provisorisch: in weiden werden tenten als supermarkten ingericht, op pallets werden kassameubels gebouwd en alle nieuwe winkels werden met veel winkelwagens uitgerust.
Eindelijk hadden de mensen in Oost-Duitsland toegang tot alles wat in West-Duitsland al lang gebruikelijk was. Om op tijd te kunnen leveren, werd er bij Wanzl gezegd: “Alle hens aan de band!” Zondagen werden omgedoopt tot werkdagen en ook medewerkers van het hoofdkantoor hielpen vlijtig mee in de productie. Zelfs sommige buitendienstmedewerkers moesten op zondag aan de bak. Hier ontmoetten ze niemand minder dan de familie Wanzl zelf. Iedereen hielp mee! De nieuwe hallen boden gelukkig genoeg plaats en middelen om de massa’s orders op tijd en in de gebruikelijke Wanzl-kwaliteit te kunnen leveren. De vooruitziende blik van de oprichter van het bedrijf, het toeval van het juiste tijdstip en de maandenlange solidariteit van de medewerkers stonden garant voor een continue groei van de marktaandelen van Wanzl in de jaren na de hereniging. Het aantal medewerkers en de omzet stegen snel en Wanzl ontwikkelde zich al gauw tot een van de grootste werkgevers in de regio.